Specifiek voor de ontwikkeling van het jonge kind

Specifiek voor de ontwikkeling van het jonge kind

Spel/ spelen is binnen Talentencampus Venlo de leidende activiteit voor jonge kinderen. Jonge kinderen leren het meest door te spelen, het spelen van onderwerpen die in hun belevingswereld liggen. Dit omdat jonge kinderen leren door te doen, door te handelen. 

De leerkrachten nemen veel tijd om de kinderen goed te leren kennen. Dit doen wij door met kinderen te praten, naar hen te kijken, mee te spelen maar ook door met ouders in gesprek te gaan. Daarom kiest Talentencampus Venlo ook voor een uitgebreid aanmeldgesprek en een goede overdracht met voorschoolse aanbieders (de kinderopvang). Want zoveel beter en sneller we jullie kind kennen, zoveel te sneller kunnen leerkrachten een speelomgeving creëren die aansluit bij de belevingswereld van jullie kinderen.  

Het inrichten van deze speelomgeving doen wij samen met de kinderen uit de groep. Kinderen worden vaak uitgenodigd om spullen/ materialen mee te brengen die aansluiten bij de speelhoeken. Zo wordt de schoolwereld en thuis steeds meer 1 wereld voor de kinderen. En als vervolgens de omgeving zo is ingericht dat de kinderen wíllen spelen, ontstaat hoge betrokkenheid. Kinderen die betrokken spelen, zijn kinderen die leren! Als een kind speelt, ‘met de tong een stukje uit zijn mond’, ‘op het puntje van zijn stoel’, ‘geen oog heeft voor alles om hem heen’, dan is hij betrokken, dan is een kind de grenzen van zijn mogelijkheden aan het opzoeken, dan is er de wil om te leren. 

Betrokkenheid is dan ook iets wat voor elk kind wordt bekeken en genoteerd. Dit zal tijdens een interne leerlingbespreking ook altijd onderwerp van gesprek zijn en zeker ook een gespreksonderwerp zijn tijdens oudergesprekken.  

Uiteraard is spelen geen vrijblijvendheid. Onder elke activiteit die kinderen spelend doen, liggen doelen die wij vanuit de school stellen. Doelen die kinderen stimuleren in hun ontwikkeling. Wij proberen zoveel mogelijk de kinderen te inspireren, te prikkelen. Zo stimuleren wij kinderen binnen de school steeds een stapje verder in hun ontwikkeling. Onze leerkrachten doen dit door eerst te zorgen voor een krachtige en veilige speel- leeromgeving. Krachtig door de omgeving aan te laten sluiten bij de belevingswereld van kinderen. Veilig door duidelijke regels en afspraken te maken en door dichtbij de kinderen te blijven. Dit doen wij bijvoorbeeld door zelf mee te gaan spelen, door kinderen denkvragen te stellen, door taal te geven aan handelingen van kinderen. Daarmee is de leerkracht soms de toneelmeester, soms regisseur van het spel, soms de souffleur, maar ook het speelmaatje en de bemiddelaar. Met een basishouding van verbondenheid; elk kind doet ertoe voor een ander! Een leerkracht zal kinderen laten spelen, leren spelen of helpen spelen.  

Mochten wij zien dat de betrokkenheid van een kind te vaak te laag is, dan gaan wij onszelf allerlei vragen stellen: Voelt jullie kind zich prettig, sluit de omgeving aan bij de belevingswereld, passen de vragen die de omgeving stelt bij de speelbehoefte van jullie kind, moeten wij vanuit de school  materialen toevoegen? Antwoorden op deze vragen proberen wij te vinden door met het kind in gesprek te gaan, te observeren en door in gesprek te gaan met ouders. Samen wordt gezocht hoe wij de omgeving beter kunnen laten aansluiten bij een kind. Aanpassingen kunnen gericht zijn op het geven van meer tijd zodat jullie kind zich beter kan ontwikkelen, maar aanpassingen kunnen ook liggen in het versnellen van bepaalde zaken. Wij proberen altijd aan te sluiten bij de ontwikkelingsbehoeften van kinderen. Meer tijd geven om te ontwikkelen mag zodat een kind bijvoorbeeld langer kan blijven toekijken en leren van anderen, maar zo mogelijk ook versnellen. Bij sommige kinderen verloopt de ontwikkeling zo snel dat dit ook andere acties van ons vraagt. Leerkrachten binnen Talentencampus Venlo blijven voortdurend op zoek naar de speelbehoeften van een kind. 

Spelen in groep 3 

Ook in groep 3 wordt gespeeld. Alleen de doelen zijn bij kinderen van groep 3 anders dan bij groep 1 en 2. Want hierbij krijgen de doelen van rekenen en aanvankelijk lezen en spellen meer plaats. Hierdoor zal de lesstof meer betekenis krijgen en zullen kinderen een hogere betrokkenheid laten zien. En ook voor deze kinderen geldt: Wie betrokken is die leert. 

Vrij spelen komt nog minimaal aan de orde en wordt afgebouwd gedurende het schooljaar naar helemaal niet meer na kerst. Daarna krijgt het spelen namelijk veel meer het karakter naar het ontdekkend leren. In onze doelstellingen voor onze eigen ontwikkeling staat dat dit ontdekkend leren nog beter kan. Hier gaan we de komende schooljaren dan ook verder mee aan de slag.